Een ontdekkingsreis door Nederlands-Indië, Australië en Nederland in 350 geheime brieven van een KNIL-vlieger en zijn vrouw, 1910-1920.
De lezing wordt op dinsdag 21 oktober 2025 om 20.00 u gehouden in Gebouw Hofrust, Herenstraat 44B, te Rijswijk en is gratis toegankelijk.
Op dinsdag 21 oktober verzorgt Marijke Roukens voor de Historische Vereniging Rijswijk de lezing “De ware Jacob – Een ontdekkingsreis door Nederlands-Indië, Australië en Nederland in 350 geheime brieven van een KNIL-vlieger en zijn vrouw, 1910-1920”, over het bewogen leven van haar vader Jacob Roukens, die in 1950 de eerste commandant van de vliegbasis Ypenburg werd.
In 350 geheim gehouden brieven, die de ouders van de auteur Marijke Roukens elkaar schreven is hun dramatische en tegelijk gepassioneerde leven te volgen in Nederlands-Indië, Australië en Nederland. Uit die brieven en uit literatuur en bronnenonderzoek kwam een geheel andere vader naar voren dan de auteur en haar broers en zussen in hun jeugd meemaakten: de ware Jacob. Als vader was Jacob – Jaap – Roukens streng, afstandelijk en autoritair, in de brieven kwam hij naar voren als een liefdevolle, zorgzame en gevoelige man.
Jaap werd in 1910 in Nederlands-Indië geboren. Vanaf zijn 6e jaar woonde hij met het gezin enkele jaren in Rijswijk in de Julianastraat 21, omdat zijn vader in Den Haag de Hogere Krijgsschool doorliep. Tegenwoordig is dit het Instituut Defensie Leergangen vlakbij Ypenburg. Kleine Jaap ging in Rijswijk naar de lagere school in de Esdoornstraat, een gebouw dat er nog altijd staat. Toen hij tien jaar was, ging het gezin terug naar Indië waar zijn vader commandant werd van de in oprichting zijnde Luchtvaart Afdeling van het KNIL. Een van zijn vaders beste vrienden in Indië was de kunstschilder Menno van Meeteren Brouwer, die in de jaren twintig van de vorige eeuw voorgoed naar Nederland terugkeerde. Hij nam – het moest zo zijn – zijn intrek in Rijswijk aan de Hoornbruglaan 16.
Eind jaren twintig ging Jaap vanuit Indië in Nederland naar de KMA, volgde daarna in Bandung op Java de militaire vliegersopleiding van het KNIL en trouwde er met zijn jonge bruid Elvire van der Poll. Hij overleefde een crash met zijn Fokker en kreeg drie kinderen. Toen sloeg het noodlot weer toe: de aanval van Japan op Nederlands-Indië eind 1941. Op het eiland Borneo (nu Kalimantan) maakte het gezin de allereerste Japanse bombardementen mee. Verschrikkelijke jaren volgden van vluchten, Japanse interneringskampen, ziektes, schandalige behandelingen door de Nederlandse regering, scheidingen en weer een oorlog, nu ten gevolge van de onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië. Eén groot geluk was dat het hele gezin alle negen oorlogsjaren overleefde.

Foto NIMH 2157_046276
In 1950 gingen ze voorgoed naar Nederland en kwamen uiteindelijk weer terecht in Rijswijk, waar Jaap de eerste commandant werd van vliegbasis Ypenburg. Hij was een van de hoofdorganisatoren van de bekende ILSY’s. Het gezin, inmiddels met 6 kinderen, kwam te wonen op de Frans Halskade 101. Elvire zou daar vijftig jaar blijven wonen. Een trouwe vriend van Jaap werd, in navolging van zijn vader, Menno van Meeteren Brouwer.
Bewonderenswaardig is dat Jaap na alle doorstane traumatische oorlogsjaren in Indië alsnog een carrière in Nederland opbouwde. Zijn laatste functie was hoofd grondverdediging bij de Generale Staf in Den Haag. Maar niet lang na zijn pensionering werd hij ziek. Hij overleed op 6 december 1984 na zeven jaar in Huize Westhoff te hebben doorgebracht.
De auteur
Marijke Roukens (Batavia, 29-01-1947) doorliep enkele jaren in Rijswijk de Openbare Lagere School A en vervolgens het pas opgerichte Rijswijks Lyceum. Met een HBO-laboratorium opleiding werkte ze aan de Vrije Universiteit en het Instituut voor toetsontwikkeling. Na haar vervroegde pensionering studeerde ze Cultuurwetenschappen en slaagde cum laude voor de master De koloniale ervaring vanuit letterkundig en cultuurhistorisch perspectief. Het onderwerp van haar scriptie waren de eerste spotprenten in een Nederlands-Indische krant van Menno van Meeteren Brouwer.
